TERUGREIS

Na een heerlijke zomervakantie in de Dolomieten zijn we op de terugreis. Daar nemen we de tijd voor: elke dag een uurtje of drie-vier rijden, via Oostenrijk en Duitsland, en dan een fijne plek zoeken om een nachtje te logeren. Meestal lukt dat vrij goed, we komen doorgaans al googlend terecht bij prettige hotelletjes en leuke B&B’s. Maar nu, op zoek naar onze laatste stop voordat de vakantie echt voorbij is, is het ineens lastig. We rijden ergens onder Stuttgart, ik tuur op mijn telefoon en zie de ene na de andere treurige hotelketen voorbijkomen. Waar zijn al die leuke, idyllische adresjes ineens? Omdat mijn liefste moe is (deze zomer rijdt ze nog) dringt ineens de tijd. Daarom reserveer ik toch maar ergens, op goed geluk, in de buurt van een mooie rivier. Hoe beroerd kan het zijn, denk ik nog. 


Het blijkt behoorlijk beroerd te kunnen: een uurtje later rijden we via een triest industrieterreintje waar het stikt van de wegwerkzaamheden naar een grijs wijkje met veel beton, hier en daar een omgevallen kliko, en geen spoor van die mooie rivier. We parkeren bij een sjofel herenhuis dat ooit (ik denk lang geleden) is omgebouwd tot hotel. De mensen zijn er lief en het bed is goed, dat wel. Maar in de entree ligt een tapijt vol rafels en vlekken en sigarettenpeuken, er zitten scheuren in het behang op onze kamer, en de verf op de raamkozijnen bladdert af. We houden de moed erin en eten die avond op het overdekte terras van het hotel. Wij zijn alweer binnen als het heel hard gaat regenen, we zien de gasten die er nog zaten halsoverkop het hotel in vluchten: het water plenst door de kieren in de overkapping. 

 

Als we de volgende ochtend (na een ontbijt met vieze koffie) onze weg vervolgen voelen we de kater. Dit was dus onze laatste overnachting, vandaag rijden we naar huis. Dachten we. ‘Zullen we toch nog één extra nachtje?’, oppert mijn liefste. Het is inmiddels een uur of drie, ik zie de vermoeidheid op haar gezicht, en ook het verlangen: naar een mooie afsluiting van onze vakantie, op een plek die goed is en fijn. Ik verlang daar zelf ook naar, na die rafels en vlekken en scheuren en die vieze koffie, dus ik zeg meteen ja. Zo hebben we het op onze zwerftochten en vakanties vaak gedaan: als er iets niet goed voelt, dan zoeken we naar manieren om het beter te maken.  

We vinden zomaar pardoes een fantastisch hotel. Ik zeg niet waar, maar o, wat een pareltje, wat een onverwacht goede vluchtheuvel. We beleven er een magische avond én nacht, we ontbijten er vorstelijk en we beloven onszelf en onze lieve gastheren dat we terugkomen. Dan rijden we naar huis. We houden elkaars hand vast, die hele laatste etappe. 

 

Kort na de vakantie krijgt mijn liefste een paar rake klappen van haar ziekte. Die komen hard aan, we hebben de zon van de zomer nog op onze huid. Sinds een paar weken, het is inmiddels oktober, weten we dat ze niet meer kan worden behandeld. De terugreis. Hij is begonnen, nu echt. We hopen dat we er de tijd voor mogen nemen, dat het fijn en prettig wordt, dat het lukt om het beter te maken als er iets niet goed voelt, en dat er zoiets als een mooie afsluiting kan zijn (dit typen doet zeer).


Vooralsnog is het een pittige terugreis. Er zitten dagen tussen waarin niet alles gaat zoals we hopen. Er zijn rafels en scheuren, het regent door de kieren heen, en als we soms denken dat het niet beroerder kan, dan kan het toch nog beroerder. Het reisje naar die fantastische plek, direct en hoopvol geboekt aan het eind van deze zomer, dat reisje hebben we dus afgezegd. De dromen van andere idyllische adresjes moeten nu definitief in de kliko (die met een beetje pech ook nog omvalt). Wat we heel goed kunnen gebruiken zijn pareltjes en vluchtheuvels. Gelukkig komen we die onderweg veel tegen, vaak zomaar pardoes en onverwacht. We koesteren ze (en zij ons). En verder houden we elkaars hand vast. De hele laatste etappe. 

Reacties

  1. Jacqueline Huijs1 november 2024 om 09:47

    Och mooi mens toch. Ik wens jullie op deze terugreis prachtige vluchtheuvels toe, schouders om tegen aan te hangen en open armen om in te verdwijnen. Knoevel

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Lieverds, wat een prachtige woorden. Ontroerend mooi! Wat een liefde! Wens jullie nog een prachtige (weet niet hoe ik het anders moet noemen) reis met elkaar!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Denk aan jullie en reis een beetje mee ❤️

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Mooier dan Jacqueline kan ik het niet zeggen. ❤️❤️

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Wat prachtig verwoord. Ik wens jullie veel vluchtheuvels,veel handen om vast te houden en mooie momenten met elkaar.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Groot respect voor het elke keer weer woorden weten te vinden en zinnen samen te stellen voor deze reizen waar jullie ongevraagd de tickets voor kregen. Ik wens jullie een zachte liefdevolle verdere reis toe met mooie warme vluchtheuvels.

    Lieve groet,

    Marjan uit Groningen

    BeantwoordenVerwijderen
  7. (Weer) tot tranen toe ontroerd door 'mooiheid' en verdriet.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog