PUCK EN BUK

Naar sommige sporten kijk ik alleen tijdens de Olympische Winterspelen. En dan besef ik maar weer 's dat er zoveel werelden zijn waar je niks van weet. Neem nou curling, dat aandoenlijk serieuze gedoe met bezempjes op het ijs. Of rodelen, en dat dan met z'n tweeën. Op één slee. Of de Noordse combinatie, iets met heel hard langlaufen en dan ook nog schieten onderweg. Hoezo is dat eigenlijk een combinatie, vraag ik me dan af? En zijn er meer van dat soort combinaties? Bobsleeën en onderweg sudoku's oplossen? Skeleton en Pim-Pam-Pet? Kunstrijden en spijkerpoepen? Affijn, dit even terzijde. 

Een sport waar ik in de afgelopen weken ook best veel naar heb gekeken is ijshockey. Oók een combinatie vind ik: die flitsende snelheid en wendbaarheid op de schaats, en dan -baf-beng-beuk!- die woeste lompheid erbij. Ik hoorde iemand op de radio zeggen dat ijshockey de sport is met het mooiste geluid, en daar ben ik het mee eens. Prachtig, dat gekras op het ijs, afgewisseld met dat baf-beng-beuk, en dan om de haverklap ook nog toeters en bellen vanwege straf. Maar ook dat terzijde.

Je vraagt je wellicht af wat ijshockey doet in een blog over samen ziek zijn. Het antwoord op die vraag is: de puck. Huh? Precies. De puck. Dat ding waar ze keihard tegenaan rammen met hun sticks, in de richting van een piepklein doel, verdedigd door een keeper die eruit ziet als een showmodel in een BeterBed winkel. Die puck lijkt op Rommy's morfinepomp. Da's even schakelen, ik snap het, maar het is echt zo. Toen de pijndokter destijds een prototype op tafel legde, zei hij het erbij: 'kijk, dit is 'm. In uw geval moeten we dit formaat hebben, ongeveer een ijshockey-puck'.

Inmiddels zit die morfine-puck dus alweer een hele tijd in Rommy's lijf. In haar buik, om precies te zijn. Ze is er blij mee, hij helpt. Het is best een zwaar ding, en om de drie maanden komt Eva, een gespecialiseerd verpleegkundige, om 'm bij te vullen. Wij noemen haar onze pompbediende. Er zijn zoveel werelden waar je niets van weet, ik bedoel maar. 

Zo'n pomp is een apart ding. Je kunt hem voelen, hij zit vlak onder de huid. Je mag er niet mee de sauna in, en eigenlijk is het ook beter om niet te stofzuigen of een grote enthousiaste hond uit te laten. Daarmee zou je een heel delicaat slangetje kunnen lostrekken, dat vanuit de pomp door de ruggengraat heen loopt, richting het pijncentrum in de hersenen. 

Wat ook zo is: de uitzaaiingen in Rommy's botten zorgen ervoor dat haar wervelkolom inzakt. Dat gaat niet van baf-beng-beuk!, maar het gebeurt wel, langzaamaan. En dat zorgt er dan weer voor dat die pomp steeds iets meer in het gedrang komt. Daardoor worden sommige dingen lastiger. Bukken bijvoorbeeld. Dat lossen we op: dan raap ik gewoon iets op van de grond, of ik help met een schoenveter. En als ik zin heb stofzuig ik ook nog even. De hond hoeft niet meer, die hebben we naar een ander baasje gebracht. 

Zo gaat dat dus, in onze Palliatieve Olympics, waarin lang meedoen het allerbelangrijkste is, en winnen geen optie. 




Reacties

Populaire posts van deze blog

PALLIALIEF